De rapportage, “CBS onderzoek houdbaarheid- woonlandfactor-berekening”, moet dienen als basis voor de nieuwe systematiek van de berekening van deze woonlandfactoren.

In de bijlagen zijn de commentaren opgenomen van de Fanf ( dank aan Guido Smoorenburg), en de VBNGB ( dank aan Jan de Voogd), alsmede een reactie hierop van het CBS.
Blz 7 van de bijlage: VWS heeft het CBS verzocht de volgende vragen en werkzaamheden te beantwoorden of uit te voeren: 1. Is de gekozen woonlandfactorberekening toekomstbestendig? Deelvragen: In hoeverre blijft de huidige berekeningswijze op de lange termijn mogelijk (duurzaamheid brongegevens) en uitlegbaar (is de berekening eenvoudig uit te leggen, is de berekening redelijk, zijn de gebruikte cijfers geschikt gezien het doel van de woonlandfactor)? 2. Is er een andere (betere) berekeningswijze van de woonlandfactor mogelijk? Dit kan betrekking hebben op een andere berekening/ andere cijfers/ andere bronnen. 3. Als er een andere berekeningswijze wordt voorgesteld, hoe kan de transitie van oud naar nieuw dan het beste geschieden? 4. Kunnen de gemiddelde WHO-kosten worden gebruikt voor de afrekening met landen als Turkije en Servië? Voor deze verdragslanden is afgesproken dat Nederland een gemiddeld kostenbedrag in rekening brengt voor het recht op zorg van de buitenlandse verzekerde in Nederland. De kostprijs moet onderscheid maken naar twee leeftijdsklassen: kosten voor mensen jonger dan 65 en kosten voor mensen ouder dan 65. 5. VWS heeft aangegeven dat twee belangengroepen van verdragsgerechtigden betrokken moeten worden bij dit onderzoek. Dit zijn de FANF (Fédération des Associations Néerlandaises en France) en de Vereniging Belangenbehartiging Nederlands Gepensioneerden in het Buitenland (de VBNGB).
Wij als FANF zullen de ontwikkeling van de WLF speciaal na invoering van de aanbeveling met grote aandacht blijven volgen.
Zie voor de link van het CSB hier verder